Beste allen.
Sorry voor het lange wachten.
De reden dat het even heeft geduurd heeft is vanwege het feit dat ik behoorlijk
aan het tobben ben geweest met in welke volgorde ik zaken zou wil vertellen.
en wat ik nu wel of niet mee moest nemen in het verhaal.
Daarnaast was het de laaste dagen erg warm. Waardoor ik soms ook geen puf
had

,en ja ik heb een nieuw speeltje gekocht waar ik maar moelijk van af kon blijven.
In deel 1 had ik beloofd dat we knoppen gingen duwen.
Helaas ben ik bang dat we daar weer niet aan toe komen

stop AUB niet met lezen bij de eerste moeilijke woorden FF doorlezen als de helft blijft hangen is het ook al goed
ik ben van mening dat ik toch echt wat taaie stof moet gaan afvuren
in het vorige topic heb ik de volgende zin gebruikt.
meten is weten (mits je weet wat je meet.)

Dit heb ik niet voor niks gedaan. Vooral het deel tussen haakjes spreekt boekdelen.
Over het algemeen zijn uitkomsten van de voor ons dagelijke metingen erg duidelijk.
neem deze aardbei.

hoezwaar is deze ? 30gram
hoelang is deze ? 3cm
maar eeehh hoe rood is deze nu ????
of anders gezegt hoe rood geeft onze monitor deze nu weer ????
als we niet weten wat we meten is meten zinloos !!!
Wat we feitelijk gaan meten is licht. en daarin zijn globaal gezegd 2 soorten metingen.
metingen waar de eigenschappen van ons oog in de meting mee worden genomen (photometrisch),
en metingen waar dit niet gedaan wordt. (radiometrische).
je kan eigenlijk zeggen dat de photometrische meting een radiometriche meting is gewogen met eigenschappen van het menselijk oog.
Globaal kunnen we zeggen dat radiometrisch het meest exact is.
Maar omdat "de mens" in deze meting niet is mee genomen ons minder zegt.
de meest gebruikte radiometrische meting is spectrum analyze.
feitelijk een hele simpele meting. waarbij het te meten licht door een prisma wordt
gebroken. hierdoor on staat een waaier van licht in de kleuren van de regenboog.
iedere kleur word in intensiteit gemeten dit door of een bewegende sensor. of door een lijn van verschillende sensors. vaak in de vorm van een CCD.
hoe simpel het principe des te lastiger de uitvoering. het instrument heeft of heel veel sensors. die dus allemaal geijkt moeten worden. of heel veel posities van de sensor wat om zeer fijne mechanica vraagt en ook weer ijking. dit maakt deze meter gewoon vreselijk duur.
Wat uit de meting komt is uiteindelijk nog steeds moeilijk teinterpreteren.

welke kleur is dit ???
om deze meting juist tedoen is deze te duur voor ons.
dus vallen we terug op een photometrische meting.
zoals eerder genoemd worden hierbij eigenschappen van het menselijk oog in de meting geintroduceerd. om op deze manier temeten moeten we eerst weten hoe het menselijk visueel systeem kleur registreerd. jep alweer saaie stof sorry

ik noem het niet voor niks "menselijk visueel systeem" kijken doen we voor een heel groot deel met de hersenen en dus niet alleen met het oog.
in ons oog zitten 2 soorten sensoren. kegel vormige en staaf vormige. De kegeltjes gebruikt de mens om kleur tezien. De staafjes voor zwart/wit. De staafjes worden vooral gebruikt in laag licht situaties zoals s'nachts maar zijn bij hooglicht ook actief. de kegeltjes spelen vanaf een bepaald licht niveau een rol en gebruiken we voor het zien van kleur.
deze kegeltjes kunnen we dan weer onderverdelen in 3 groepen. met elke groep een eigen gevoeligheid voor het spectrum met ieder een eigen specifieke piek. deze pieken bevinden zich globaal rond het rode het groene en het blauwe deel van het spectrum.
Maar pas op !!! de gevoeligheid van deze kegeltjes is wel relatief breedbandig en overlappen elkaar. dus je mag absoluut niet zeggen dat de kegeltjes gevoelig zijn voor alleen rood blauw of groen licht. daarom worden de "signalen" die de kegeltjes afgeven aan gegeven als XYZ. en niet als RGB. zie grafiek hier onder.
- Spoiler: Toon
-
"X" heeft nog eens een extra piek die samen valt met de piek van "Z"

deze grafiek is uiteindelijk een gemiddelde wat ooit is vast gesteld door metingen te verrichten aan een grote groep mensen van verschillende leeftijden geslacht en nationaliteit/ras.
De zogenaamde tristimulus meter heeft 3 sensoren die zo goed mogelijk deze karakteristiek benaderen.
statement
Wanneer 2 temeten lichtbronnen dus dezelfde XYZ waarde aangeven zal dit licht dus door mensen die dicht bij dit gemiddelde zitten als dezelfde kleur licht ervaren worden. maar de mensen die behoorlijk van dit gemiddelde afwijken ervaren deze kleur licht als verschillend en impliceerd dus in mijn ogen dat we een meetfout introuduceren in de meting.
om de gemeten waarde nog beter weer te geven hebben ze bedacht om de kleuren weer te geven als coordinaten in een 2D diagram.
Dit door de 2 volgende rekensommen uit tevoeren.
voor de x coordinaat
x=X/(X+Y+Z)
en voor de y coordinaat
y=Y/(X+Y+Z)
wat voor ons denk ik een bekend plaatje opleverd

wat je ziet is dat in de ronde boog de golflengtes van de kleuren zijn aangegeven.
wat ik mij nu afvraag of in de regenboog dus wel echt alle kleuren voorkomen.
wat gebeurd er met de kleuren op de vlakke lijn ???
de meeste meters die wij zullen gebruiken geven de kleur aan in x,y en de luminantie in Y.
de eerder gegeven formules maken van een absolute waarde een relatieve waarde.
dus x,y geeft aan welke kleur we zien. Y is een absolute waarde ruw weg gezegd X+Y+Z min een weging van het menselijk oog. hierdoor wordt spectraal ruw weg licht opbrengst gemeten met dit filter

laaste alinea ben ik wat kort door de bocht weet dit gewoon niet zo goed uit teleggen

ben ik klaar met de saaie stof eeh nee
want wat is nu wit ????
dat is een lastige. de XYZ kegeltjes waren zoals eerder gezegd breedbandig.
een breedbandige lichtbron met ongeveer evenveel energie op elke frequentie ervaren we als wit. maar deze kegeltjes geven dezelfde spanning/stimulus bij een paar tactisch gekozen pieken op bepaalde frequenties .................. inderdaad rood groen en blauw van ons display.
verwacht nog een post met extra theorie voor dat we knoppen gaan drukken

laat ff weten of ik te diep ga qua stof ???
grt
Maurice